Toen in 1965 toenmalig minister van Economische Zaken Joop den Uyl (wie kent ‘m nog) de sluiting van de mijnen in Zuid-Limburg aankondigde, beloofde hij dat dit niet zonder vervangende werkgelegenheid zou gebeuren. Zo opende o.a. DAF een nieuwe autofabriek in Born, streek het CBS neer in Heerlen en zagen Sittard/Geleen hun omgeving veranderen in een grote chemische fabriek. Inmiddels is het doek gevallen voor NedCar, vervuilt DSM onverminderd de lucht en biedt het CBS nog steeds voornamelijk werkgelegenheid aan afgestudeerde econometristen. Een groot succes? Dat valt te bezien.
De Belgen pakten het anders aan. Misschien omdat ze vanwege het tijdsverloop tot andere inzichten konden gekomen. De mijnen in Belgisch Limburg sloten namelijk ‘pas’ in de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw. Deze week konden we met eigen ogen aanschouwen wat de Vlaamse overheid voor ogen heeft gehad met het mijngebied in Maasmechelen/Eisden. Geen industrie of het overhevelen van overheidsdiensten, maar helemaal gericht op recreatie. Dat dan wel in de ruimste zin des woords. Het terrein werd omgedoopt tot Leisure Valley en als eerste verrees er een groot outlet center. Grote ketens zoals Decathlon sloten aan en Center Parcs opende een groot vakantiepark. De universiteit van Hasselt doet er allerlei experimenten met bodem- en luchtsamenstelling in futuristisch ogende koepeltjes. En – last but not least - de twee fier overeind staande schachtblokken vormen de hoofdingang voor het Nationaal Park Hoge Kempen. En dat park was onze bestemming.
Dit deel van het park heet ‘Terhills’. Een engelse verbastering van ‘terrils’, de kunstmatige heuvels in het landschap, gevormd door al het onbruikbare gesteente dat met de steenkool omhoog kwam. In Nederland is een bekende bij Heerlen en daar hebben ze jaren later een skihelling van gemaakt. In België zie je er nog veel. Zo ook hier. Met mooie namen zoals ‘de lange’ en ‘de tweeling’. Onze wandeling voert over drie terrils. De niet geringe inspanning wordt beloond met mooie vergezichten. En de steenkool blijkt nooit ver weg. Het was een heerlijke wandeling. Het lokale biertje – toepasselijk ‘kompel’ genaamd - was verdiend en smaakte naar meer.
Reactie schrijven