En zo vond ik mezelf dus terug in het uiterste zuiden van Nederland. Withuis om precies te zijn, een buurtschap bij Eijsden. Ik, een geboren en getogen Westbrabantse met een actieve herinnering aan de onmiskenbare doordringende geur van suikerbieten in de winter (daar overigens peeën geheten). Het blijft voor altijd de geur van mijn jeugd. Maar goed, als je op een onbewaakt ogenblik met een geboren en getogen Maastrichtenaar bent getrouwd. Een, die ook nog voor jou naar het Brabantse vlakke land is gekomen. Dan mag je niet verbaasd zijn als op enig moment de vraag komt….hoe zou jij het vinden om naar Limburg te verhuizen? Durf dat maar eens te weigeren. En aldus geschiedde, nu ruim drie jaar geleden.
In de jaren voorafgaand aan de verhuizing (of zo je wil, emigratie) heb ik gelukkig al een beetje kunnen oefenen op de Limburgse aardigheden en specialiteiten. Dit alles om de op handen zijnde overgang zo geruisloos mogelijk te laten verlopen. De cursus vond vooral plaats in de keuken, voor mij een voldoende vertrouwde omgeving om zonder zwembandjes in het diepe te springen. En dat heb ik geweten. Aan de hand van een uit de krant gescheurd recept oefende ik op het ‘nationale streekgerecht’ zoervleesj. De eerste keer waren drie pakjes papieren zakdoekjes nodig om de waterlanders bij de genodigden te doen stoppen. Of te wel: veel te zuur. Bij de tweede poging werd het vlees van de weeromstuit weer te zoet. De aanhouder wint dacht ik en jawel na de derde poging lukte het me de balans te vinden tussen azijn aan de ene kant en stroop en peperkoek aan de andere kant. Inmiddels durf ik er zelfs een eigen twist aan toe te voegen.
Als je het zelf eens wilt proberen….en de tijd hebt, want reken op (alles bij elkaar) twee dagen.
Dag 1
Koop ‘s ochtends een mooi stuk riblap van ongeveer 700 gram, een kilo witte uien, een peperkoek zonder toeters en bellen, een pot appelstroop en een fles natuurazijn.
Zout en peper het vlees en leg het in een ruime glazen schaal. Voeg nu zoveel azijn toe dat het vlees onder staat. Snipper vijf uien grof en voeg toe aan het vlees, samen met drie laurierblaadjes en een viertal kruidnageltjes. Voeg nu nog eens zoveel azijn toe dat alles bijna onder staat. Zet in de koelkast en ga voor minstens 24 uur wat anders doen.
Dag 2
Vis het vlees en de laurierblaadjes uit de marinade en dep droog. Snijdt het vlees in mooie dobbelstenen en bak het in wat boter/bakmargarine in een vleespan bruin. Zeef de marinade, vang het vocht op en voeg de uien met de kruidnageltjes toe aan het vlees. Fruit de uien en voeg de laurierblaadjes toe. Dan vier flinke lepels appelstroop en (jawel) een theelepel sambal (oid). Leng de azijn aan met water in een verhouding van 1:4. Voeg zoveel van het azijn/watermengsel toe dat het vlees en de uien nagenoeg onder staan. Breng aan de kook, zet laag en ga wat anders doen.
Controleer na een uur of vijf of het vlees gaar is. Als nee, nog ff wachten. Als ja…laat het vocht dan wat inkoken zodat het een mooie concentratie krijgt, voeg vier plakjes peperkoek (klein gesneden) toe en laat dat vooralsnog bovenop het vlees liggen. Als je het nu al doorroert dan bestaat de kans dat het boeltje gaat aanbranden. Ondertussen kun je de bijgerechten klaarmaken. Sperzieboontjes zijn er lekker bij en bv gebakken aardappeltjes of friet. Vlak voor het opdienen de peperkoek goed door het vlees roeren, even proeven op genoeg zout en pit en….smullen maar!
Benieuwd naar een lekkere bijpassende wijn? Klik op de link :-)
https://marijkeswijnweetjes.jimdofree.com/2020/07/19/onbekende-spanjaard/
Reactie schrijven
Ad (dinsdag, 21 juli 2020 08:59)
Zuid Limburg, een van de mooiste stukjes van ons land.
Voor ons een jaarlijkse vakantie bestemming.
Wat moet het een genot zijn om daar te mogen wonen.
En dan zoervleesj, heerlijk, maar ja dan moet het zoals je zegt, goed in balans zijn.
Dat is helaas niet altijd het geval,we hebben er verschillende keren van genoten, maar soms ook et lange tanden doorheen geworsteld.